top of page
vrijheid_viruswaanzin vzw logo.jpg

In cijfers: uw angst vs. de realiteit



Hoe groot is uw angst voor het virus? Hoe bang zijn we gemaakt, na zes maanden manie?

Is die angst gegrond? Kunnen we de inmiddels opgebouwde discrepantie tussen wat we collectief denken en de reële wereld kwantificeren? "Moeilijk te zeggen of de mensen werkelijk overdreven bang zijn", zegt Van Ranst. Maar zoals u wellicht wel al weet mogen we niet alles wat VR uitkraamt zomaar geloven. Het ontleden het rad voor uw ogen draait.


Tussen 2 juli en 14 juli 2020 hield de denktank van de Amerikaanse multinational Franklin Templeton, , onder leiding van Ph. D. Sonia Desai, in opdracht en ten behoeve van haar verzekeringsmaatschappij, bij 10 400 Amerikanen een enquête naar het denkgedrag tijdens deze crisis. Dit onderzoek, met peer review van Gallup, levert volgende interessante inzichten op:



• Ondervraagden denken dat mensen van 44 jaar en jonger ongeveer 30% van de totale sterfgevallen uitmaken; het werkelijke cijfer is 2,7%.

• Ondervraagden overschatten het risico op overlijden door COVID-19 voor mensen van 24 jaar en jonger met een factor 50; en zij denken dat het risico voor mensen van 65 jaar en ouder de helft is van wat het werkelijk is (40% versus 80%).


Deze resultaten zijn ronduit verbluffend. Sterftecijfers hebben vanaf het begin aangetoond dat het COVID-19-virus in leeftijd discrimineert, waarbij de sterfgevallen geconcentreerd zijn bij mensen van hogere leeftijd met onderliggende comorbiditeit(en). Dit is misschien wel het meest onomstreden bewijs dat we hebben over dit virus. Bijna alle dodelijke slachtoffers zijn gevallen onder mensen ouder dan 65; en toch is een groot aantal ondervraagden er nog steeds van overtuigd dat het risico voor degenen jonger dan 55 bijna hetzelfde is als voor degenen die ouder zijn.




Deze foute percepties vertalen zich direct in meer angst en overtreffen ruimschoots het werkelijke risico: zo zien we dat het aandeel mensen dat zich grote zorgen maakt of enigszins bezorgd is over ernstige gevolgen voor de gezondheid als ze COVID-19 oplopen bijna identiek is voor alle leeftijdsgroepen tussen 25 en 64 jaar oud, en niet ver beneden het percentage voor mensen van 65 jaar en ouder ligt.


De discrepantie met de feitelijke sterftecijfers is duizelingwekkend: voor mensen van 18–24 jaar is het aandeel van degenen die zich zorgen maken over ernstige gevolgen voor de gezondheid tot 400 keer hoger dan het totale aantal COVID-sterfgevallen; voor de leeftijd van 25–34 jaar is het 90 keer hoger. De onderstaande grafiek zegt hierover meer dan duizend woorden:



De afgelopen zes maanden hebben we over niks anders gelezen en gesproken dan COVID-19; hoe kan er dan nog steeds zo'n wijdverbreid, fundamenteel misverstand bestaan over de basisfeiten?


De enquêteresultaten identificeren twee grote boosdoeners:

- de kwaliteit van de informatie

- en de politisering van het COVID-19-debat:


• Mensen die hun informatie voornamelijk van sociale media halen, hebben de grootst

vertekende perceptie van het risico. (hello factcheckers?)

• Degenen die zich identificeren met eerder linkse overtuigingen hebben de neiging om ten onrechte het risico van overlijden van COVID-19 voor jongeren te overschatten.


Dit komt helaas niet als een verrassing. Angst en woede zijn de meest betrouwbare drijfveren voor (online) betrokkenheid; enge verhalen over jonge slachtoffers van de pandemie, die erop wijzen dat we allemaal evenveel risico lopen te sterven, gaan snel viraal; dat geldt trouwens ook voor topics die politieke tegenstanders culpabiliseren. Beide, zowel sociale als mainstream media hebben dit soort verhalen gretig naar buiten gebracht, gewoon om kliks te genereren en hun marktaandeel te boosten. We zouden met betrekking tot de studie kunnen opwerpen dat het feit dat de Verenigde Staten zich in een verkiezingsjaar bevinden het probleem van misinformatie waarschijnlijk verergerde. Verhalen die de gevaren van de pandemie voor alle leeftijdsgroepen benadrukken en kritiek geven op de manier waarop de regering de crisis aanpakt zuigen alle aandacht naar zich toe. Dit kan een factor zijn die ertoe bijdraagt ​​waarom, in deze enquêteresultaten, meer mensen met een links gedachtengoed de neiging hebben om het risico om te overlijden aan COVID-19 bij verschillende leeftijdscohorten meer overschatten dan zij die rechts aanhangen.


Ook onze gevoeligheid voor de manier van presentatie van informatie speelt een rol. We hebben het hier over identieke gegevens die worden afgebeeld in verschillende vormen in een grafiek - sommige geruststellend en sommige alarmerend. De studie toont aan dat de manier waarop de gegevens worden gepresenteerd een zeer sterke invloed heeft op de reactie van mensen. Ondervraagden die bijvoorbeeld COVID-19-casetrends voor Texas en Florida te zien kregen tijdens een lockdown waren veel minder bereid om scholen en bedrijven te heropenen dan zij in een open New York. Belgische en Nederlandse virologen hebben al toegegeven dat alarmerende graphics vaker gebruikt worden, omdat ze meer betrokkenheid en motivatie genereren. Zelfs interessant zijn als sociaal experiment. De verkeerd gebrachte informatie heeft echter zeer nefaste economische effecten. Zo laten de studieresultaten zien dat de statistieken die sterfgevallen onder jongeren overdrijven zorgen voor een veel voorzichtiger aankoopgedrag (grotere economische schade), zorgen voor meer terughoudendheid om te reizen en (bijna 100% zeker) meer support genereren om bedrijven en scholen gesloten te houden.




De studie legt eveneens een significant gedragsverschil tussen partij ideologische strekkingen bloot. Volgens de studie is zowel de politieke overtuiging als de leeftijd bepalend of iemand thuis eet of in een restaurant; Zo heeft links ongeveer dezelfde bereidheid om te eten in een restaurant op 25% capaciteit als rechts zou doen in een restaurant op volle capaciteit. Zo staan de individuele risico's van COVID-19 die afhankelijk zijn van leeftijd en gezondheid in schril contrast met de waargenomen risico's, die sterk worden gestuurd door iemands politieke overtuiging - en het is net het waargenomen risico dat gedrag bepaalt. Zo vond Gallup in eerder onderzoek dat rechtse politici minder geneigd zijn om volksgezondheidsrichtlijnen te accepteren, zoals het dragen van een masker, ongeacht de lokale infectiegraad - opnieuw een bewijs dat politieke overtuiging een belangrijkere rol lijkt te spelen dan aanvankelijk gedacht.


Verkeerde informatie veroorzaakt ook een ander fundamenteel probleem. De beleidsbeslissingen over welke sectoren en bedrijven men gesloten zal houden en voor hoelang zijn cruciaal en vragen consequentie. Het zou een afwegen moeten zijn in proportionaliteit tussen enerzijds de baten in termen van het vertragen van COVID-19-besmettingen, en aan de andere kant de schade aan de economie, fysische en psychische gezondheid en levenskwaliteit op lange termijn. Deze beslissingen lijken nu sterk te worden beïnvloedt door de ideologische perceptie van gevaren, niet omdat politici gevoelig zijn voor de zorgen van het publiek, maar omdat politici ook mensen zijn, met bewezen vooroordelen dus. De enquêteresultaten suggereren dat fundamentele misvattingen over het risico op overlijden of ernstige nadelige gevolgen voor de gezondheid veroorzaakt door COVID-19 deze beslissingen verstoren.


"veiligheidstoeslagen" en inflatieperspectieven

Alles heeft een prijs. De hervatting van activiteiten met allerlei maatregelen om het besmettingsrisico te beperken brengen extra kosten of een vermindering van het aantal klanten met zich mee. De mate waarin deze kosten zullen worden doorgerekend aan consumenten zal afhangen van - onder andere - de mate waarin mensen bereid zijn te betalen voor de extra veiligheid. Om dit te testen, vroeg men in de enquête: “Stel dat je een vliegticket koopt voor € 500. Zou u bereid zijn de volgende extra bedragen te betalen voor een lege stoel naast je? ". (Niet zozeer een toeslag voor intrinsiek meer veiligheid dus maar eerder voor een verhoogde perceptie van extra veiligheid). De resultaten zijn opvallend:

• Ongeveer de helft van de ondervraagden zou bereid zijn om tot € 100 meer te betalen, een prijsverhoging van 20%;

• Tussen een kwart en een derde zou bereid zijn tot een extra € 150, een prijsverhoging van 30%;

• Eén op tien personen zou zelfs bereid zijn € 250 extra te betalen, of een prijsverhoging van 50%; en

• Hoe vaker mensen vliegen, hoe meer ze bereid zijn extra te betalen.


Een langdurige recessie zal de inkomens en de vraag drukken, maar een combinatie van faillissementen en veiligheidsvereisten zou een evenredige vermindering van het aanbod kunnen veroorzaken. Als degenen die het zich kunnen veroorloven bereid zijn aanzienlijk meer te betalen voor extra waargenomen veiligheid, zal dat een aanzienlijke stijging van de inflatie veroorzaken. Een hogere inflatie zal op haar beurt de ongelijkheid tijdens de recessie significant verhogen.



Bovenstaand onderzoek is belangrijk om inzicht te verwerven in de gedrag tijdens de pandemie. Zo zal de omvang van de kloof tussen de subjectieve perceptie en de objectieve realiteit een cruciale rol gaan spelen bij het vormgeven van een economisch herstelplan. De peiling levert hierover verrassende inzichten en benadrukt het belang van waakzaamheid. Vanuit het oogpunt van algemeen belang zijn wij van mening dat betere informatie naar een veel meer op feiten gebaseerd, openbaar debat moet leiden. Het is schokkend dat zes maanden in de pandemie nog zo veel mensen nog steeds de basisstatistieken over sterfte negeren, met een risicoperceptie die eerder gestuurd is door media met een bepaalde politieke overtuiging dan op basis van statistieken over risico's gerelateerd aan leeftijd en gezondheidstoestand. De misvattingen verstoren momenteel in aanzienlijke mate zowel individueel gedrag als beleidsbeslissingen. Zal het feit dat een groot deel van de bevolking het COVID-19-gevaar voor jongeren overschat het bereiken van een consensus over een gericht relanceplan bemoeilijken? Wij denken van wel. Het zal bij een status quo in percepties zelfs eerder het herstel vertragen, waardoor een nog diepere en langere recessie ontstaat.


Dit onderzoek laat ook zien dat mensen bereid zijn een aanzienlijke premie te betalen voor een gevoel van veiligheid. In combinatie met een waarschijnlijke disruptie in supply chains als gevolg van een zware recessie, kan dit oorzaak zijn van een inflatieboost. Beleidsmakers dienen hier om verschillende redenen rekening mee te houden, niet in het minst door de gevaren van een toename van ongelijkheid onder de meest kwetsbare werknemers (geconcentreerd in de getroffen dienstensectoren) en onder kansarme kinderen (door langdurige schoolsluitingen).


Het stimuleren van de angst wordt wel eens weggezet als een futiliteit in de marge, maar het voeden van collectieve mispercepties beïnvloedt ernstig ons sociaal gedrag en legt een zware hypotheek op de toekomstige relance.


De maatregelen doden. De "collaterale" schade wordt steeds groter. De conclusies van Viruswaanzin zijn bijzonder sterk en wetenschappelijk gedocumenteerd. Wat niet kan gezegd worden van de onderbouwing van de meeste maatregelen (bvb. lockdowns, mondmaskers en de avondklok) - dat bewijzen nu ook de recentste data. Steun viruswaanzin.be in haar strijd tegen de disproportionele en niet wetenschappelijk onderbouwde vrijheidsbeperkingen en van-de-pot-gerukte-verplichtingen. Elke donatie is welkom: https://www.viruswaanzin.be/donatie .

Viruswaanzin.be is een onafhankelijk initiatief en wordt op geen enkele manier onderschreven, gesponsord of beheerd door de overheid.



Referentie:

Franklin Templeton-Gallup Economics of Recovery Study Results from this study are based on self-administered web surveys from an opt-in sample provided by Dynata of 10,014 US adults, aged 18 or older. For details about how Dynata recruits respondents in the United States, please see http://info.dynata.com/rs/105-ZDT-791/ images/Dynata_Panel%20Book_2.19.pdf. The survey was conducted between July 2 and July 14, 2020.


Gallup weighted the obtained sample to correct for nonresponse. Nonresponse adjustments were made by adjusting the sample to match the national demographics of gender, age, race/ethnicity, region, level of education, marital status, and employment status. Demographic weighting targets were based on the Census Bureau’s 2018 data release of the American Community Survey and the Current Population Survey (February 2020). A margin of sampling error has not been calculated as this study relies upon an opt-in, web-based sample.


1,062 views4 comments

Recent Posts

See All
bottom of page